Maal betekenis

maal 1) telkens terugkerend tijdstip waarop iets gebeurt; keer 2) de handeling of activiteit van het eten zoals die dagelijks op geregelde tijden plaatsvindt; maaltijdGevonden op len (maalde, heeft gemalen) 1 fijnmaken, m.n. op of in een molen: wie het eerst komt, (die) het eerst maalt zij die. Maal betekenis Selfstandige naamwoord: maal Meervoud: male Betekenis: • 'n Keer; herhalende voorval of terugkerende gebeurtenis. Gebruik: • Hoeveel maal moet ek jou vra om jou huiswerk te doen? Spreekwoord: • Een maal in 'n blou maand. [Selde.] • Moenie die aartappels twee maal skil nie. ['n Ding net een maal doen of sê.].

Maal wiskunde

Kom hier online alle tafels oefenen. Leer de tafels van 1 t/m 12 met het 5 stappenplan, de tempotoets, tafelspelletjes, werkbladen en haal het tafeldiploma. Verskeie oulike wiskunde werkvelle – vir tel en allerlei syferkonsepte Maaltafels; maaltafelwaaier; Leer die maaltafels tot 12; Toets jou kennis van maaltafels – aanlyn. Meer Wiskunde hulpmiddels; Ook: Wiskunde Huiswerk. Maal wiskunde Wil je de tafels even rustig gaan oefenen? Hieronder vind je tafels oefenen werkbladen om alle tafels te oefenen. Klik op één van de werkbladen om de tafel oefenen werkbladen te bekijken en te printen, daarna kan je natuurlijk een ander werkblad kiezen.

Vermenigvuldigen betekenis

1) meer exemplaren van iets maken Voorbeeld: 'Wil je deze notulen vijf keer vermenigvuldigen?' 2) het ene getal Gevonden op Vermenigvuldigen is het vermenigvuldigen van twee of meer getallen, waarbij het product ontstaat door herhaaldelijk de factoren te optellen. Vermenigvuldigen is commutatief, associatief en heeft een neutraal element en een inverse element.

Vermenigvuldigen betekenis

Maal synoniem

Woorden die (ongeveer) hetzelfde betekenen als ‘maal’, met toelichting en mogelijkheden om verder te zoeken. Synoniemen van maal. diner; keer; maalkruis; maaltje; Puzzelomschrijvingen van maal: Baal; Bord eten; Brievenzak; Deel van een vermenigvuldiging; Deze keer om te eten; Diner; Dis; Eten; Eten met een kruisje; Etentje; Grensboom; Herhaling; Hoeveelheid eten; Keer; Markgenoot; Middageten; Portie eten; Rekenkundige term; Roestvlek; Spijs; Tafel. Maal synoniem I de maal (m.) Uitspraak: [ mal ] Verbuigingen: malen (meerv.) Voorbeeld: 'drie maal drie is negen' Synoniem: keer II het maal

Keer betekenis

Keer g Voorbeeld: ‘Alles had een goede keer genomen’ ng, draai in een weg Voorbeeld: ‘Nu zag hij bijtijds voor zich, aan de keer van de dreef, dat hutteken gedoken in 't donker hout’ Voorbeeld: ‘een keer’: eens Voorbeeld: ‘Raad e keer’ Voorbeeld: ‘Weergalmde drie vier keers over de. keer m or n (plural keren, diminutive keertje n) time (occasion, instance) Synonyms: (formal) maal, (obsolete) werf Dit is de eerste keer dat ik naar Parijs reis. ― This is the first time I am traveling to Paris. Ze heeft me al meerdere keren uitgenodigd voor haar verjaardagsfeest. ― She has invited me to her birthday party multiple times. Keer betekenis Betekenis: • 'n Geleentheid of gebeurtenis wat herhaal (kan) word. • Die stopsit van iets. Gebruik: • Sy maak elke keer dieselfde fout. • Daar is geen keer aan hom nie. Spreekwoord: • Derde keer is skeepsreg. [Die derde poging is gewoonlik suksesvol.] • Betyds keer is 'n goeie geweer. [Dis beter om moeilikheid te voorkom as om dit.